Dinsdag, november 11, 2025
HomeMotorbandenVier kapen, één motor, één set banden

Vier kapen, één motor, één set banden

Vier kapen, één motor, één set banden

Wij zijn niet bang voor een uitdaging. En gelukkig staan Kawasaki en Bridgestone ons vaak maar al te graag bij. In 2023 reden we in één dag door 15 landen. Vorig jaar stuurden we de Versys 1000 op A41-roadbanden van Brussel tot Dakar. En dit jaar? Het doel: de vier kapen van continentaal Europa—op één motorfiets, met één set Bridgestone T33’s. Dertienduizend kilometer.

Na het zuidelijkste punt in Tarifa was het tijd voor de grote finale: doorrijden naar het meest westelijke punt van het continent, Cabo da Roca in Portugal.

Van circuit naar chaos

Snelwegen stonden niet meer op het menu. Na meer dan 12,000 km verdienden de banden wat respect: richting secundaire wegen, met alle verrassingen van dien.

De eerste stop was Jerez de la Frontera, waar ik niet kon weerstaan aan een pauze bij het legendarische Circuito Jerez Ángel Nieto. Geen racesoundtrack vandaag, maar zelfs in stilte ademt het asfalt snelheid.

Daarna Sevilla—op exact het verkeerde moment. Snikhete temperaturen plus stadsverkeer kostten me bijna een uur. Toch maakte de stad indruk. Hier kom je beter eens terug voor een echte citytrip.

Algarve aan kruipsnelheid

Vanuit Sevilla doorkruiste ik Portugal en pikte ik de N125 op langs de Algarve. Op papier een droomweg langs de oceaan. In het echt een slakkengang: dorp na dorp, eindeloze 50-zones, verkeer dat amper vooruit kruipt. Toch maakten sporadische blikken op de grote Atlantische vlakte veel goed.

In Portimão liet ik de kust achter me richting het binnenland. Plots werd de rit weer levendig: slingerend asfalt, golvende klimmetjes… en schrijnend slechte wegdekken. Tussen Monchique, Odemira en Santiago do Cacém ging het op en neer. Maar de Bridgestone T33’s bleven indruk maken: grip, feedback en comfort, zelfs na zoveel kilometers.

De landschappen waren adembenemend, met vergezichten op elke top. De wegen zelf? Minder inspirerend. Soms leek de motor te vragen: “Moet dit echt?” Maar als de Versys 1000 vorig jaar het zand van Dakar trotseerde, kan de 1100 dit jaar zeker de Portugese putten aan.

Het juiste moment

Om 5 uur checkte ik in te Sintra. De klok tikte: het doel was Cabo da Roca halen voor zonsondergang.

De weg liep door een nationaal park—kort, prachtig en druk. Toen dook de temperatuur. Op 15 km van de kaap reed ik een muur van koude, natte mist in. Alle ventilatieritsen dicht. Ik stond te rillen, en de droom van een gouden zonsondergang loste op in grijze nevel.

En toen – drie kilometer voor de eindstreep – brak ik door het wolkendek. Plots lag de Atlantische Oceaan te schitteren, als vloeibaar goud in de zon. Een perfect moment.

De show

De kaap zelf was rustig, bijna sereen. Geparkeerd met zicht op de vuurtoren en de kliffen. Slechts een handvol mensen, vooral locals die geduldig in de auto wachtten. En precies op cue zonk de zon schitterend in de Atlantische Oceaan en kleurden de kliffen warm.

De cirkel was rond. De banden zaten echter tegen de limiet. Scandinavië eist zijn tol—ruwe, grippende wegdekken vreten rubber. Meer dan de helft van de kilometers lag in het noorden; die wegen houden je veilig bij hondenweer, maar ze straffen banden meedogenloos af. Met gladder asfalt in Noorwegen en Finland had ik dit setje misschien helemaal terug tot Brussel kunnen rekken. Toch: 13,000 km op één set blijft door en door indrukwekkend.

De Versys had ook geen extra onderhoud nodig, behalve een grondige wasbeurt en een kettingsmeerbeurt halverwege in België.

Banden, wegen en toevallige ontmoetingen

Zaterdagochtend begon met een bandenswap in hartje Lissabon. Ik verwachtte chaos, maar de stad was verrassend kalm. Eigenlijk te vroeg, wel ideaal om enkele boeiende mensen te ontmoeten.

Onder hen Nuno, die adventure-rides organiseert en binnenkort met een groep naar de Noordkaap trekt. In het gesprek bleek dat we ooit dezelfde fixer gebruikten om Mauritanië binnen te raken op een eerdere Dakar-trip. Kleine wereld, toch.

Met verse T33-rubber ging ik opnieuw noordwaarts. De fameuze N2 – Portugal’s “Route 66” – lonkte, maar stuurde de verkeerde kant op. Dat is voor een volgende keer. Ik volgde de Taag richting Spanje. De wegen wisselden constant: het ene moment snel en vloeiend, het volgende krap en bochtig. Wat niet veranderde, was het decor: ruw, verlaten en prachtig.

De laatste rechte lijn

Daarna door via Valladolid en León naar de spectaculaire Picos de Europa. Bocht na bocht, uitzicht na uitzicht, motorrijden in zijn puurste vorm. De nieuwe T33’s deden de Versys nog beter sturen, met een tikje extra comfort en precisie. Vers rubber maakt altijd een wereld van verschil.

Maar aan alles komt een einde. Via San Sebastián rolde ik Frankrijk binnen, waar files en schroeiende hitte toesloegen. Het plan: overnachten in Poitiers. Toen ik er om 9 uur al aan kwam, had ik nog wat reserve. De zon die links zakt, weinig verkeer, aangename lucht. Dus reed ik maar door.

Door Parijs, brandstof: koffie. Voor zonsopgang langs Lille. Om 8u30 rolde ik mijn garage binnen – moe, stoffig en zalig tevreden.

Vier kapen, één rit

Vier kapen. Meer dan 13,000 km op één set T33’s. En een heerlijk retour op een nieuwe set. Van sneeuwwanden tot stoffige woestijnen, van lege bergpassen tot bruisende steden. De Kawasaki Versys 1100, op Bridgestone T33’s, bracht me overal en – vooral – ook weer veilig thuis.

Wat een avontuur.

Meest populair